Begroting 2020

Bijlage 2: Begrippenlijst

Begrip

Omschrijving

Balans:

Onderdeel van de jaarrekening. De balans geeft een overzicht van de bezittingen, vreemd en eigen vermogen (activa en passiva) van de gemeente.

Baten en lasten (stelsel van):

Een begrotingssysteem van baten en lasten houdt in dat alle ontvangsten en uitgaven worden toegerekend aan het begrotingsjaar waarop zij betrekking hebben.

Begroting:

Een begroting geeft aan welke beleidsvoornemens de gemeente heeft, hoeveel middelen daarmee zijn gemoeid en uit welke bronnen die middelen afkomstig zijn. Het Besluit begroting en verantwoording onderscheidt een beleidsbegroting en de financiële begroting.

Bestuurlijk belang:

Een bestuurlijk belang heeft een gemeente wanneer ze een zetel heeft in het bestuur van een derde rechtspersoon of als ze stemrecht heeft.

Categoriale indeling:

Een categoriale indeling is een indeling van baten en lasten naar soorten zoals salarissen, rente en belastingen. Het concept Besluit begroting en verantwoording 2004 (nieuwe comptabiliteits- voorschriften) stelt verplicht dat gemeenten de begroting converteren naar categorieën in een apart document. Dit document wordt naar de toezichthouder en CBS gezonden. De voorgeschreven categorieën worden niet meer bij de comptabiliteitsvoorschriften zelf bepaald, maar bij ministeriële regeling.

Comptabiliteits voorschriften:

De comptabiliteitsvoorschriften zijn bij Koninklijk Besluit uitgevaardigde voorschriften voor de inrichting van begroting en de jaarrekening en het jaarverslag van de gemeente. Op dit moment geldt het Besluit begroting en verantwoording van 2004.

Dualisme:

Een dualistisch stelsel kenmerkt zich doordat de posities en bevoegdheden ontvlecht zijn. De raad richt zich primair op de kaderstellende en controlerende functie, het college op de uitvoerende functie. De wethouders zijn geen lid van de raad.

Financieel belang:

Een financieel belang heeft een gemeente indien de middelen die zij ter beschikking stelt verloren gaan in geval van faillissement van de verbonden partij (een derde rechtspersoon) en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente.

Financiële positie:

Onderdeel van de financiële begroting, tevens de tegenhanger van de balans. De financiële positie van een gemeente geeft de grootte en samenstelling van het vermogen aan in relatie tot de baten en lasten.

Jaarrekening:

De jaarrekening is de tegenhanger van de financiële begroting; de jaarrekening gaat in op de realisaties van het afgelopen begrotingsjaar. De jaarrekening is een onderdeel van de jaarstukken en bestaat uit: 1. het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening en de toelichting, 2. de balans en toelichting.

Jaarstukken:

De jaarstukken zijn onderverdeeld in het jaarverslag en de jaarrekening en is de tegenhanger van de begroting.

Jaarverslag:

Het jaarverslag is de tegenhanger van de beleidsbegroting en gaat met name in op de uitkomsten van de programma's over het afgelopen begrotingsjaar. Het jaarverslag is een onderdeel van de jaarstukken en bestaat uit: 1. de programmaverantwoording, 2. de paragrafen.

Overhead:

Voor de definitie van overhead is aansluiting gezocht bij de definitie in het kader van Vensters voor Bedrijfsvoering. Overhead is het geheel van functies gericht op de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces.

Overzicht van baten en lasten:

Onderdeel van de financiële begroting/jaarrekening dat een overzicht geeft van alle baten en lasten die in de programma's zijn opgenomen.

Paragrafen:

Een paragraaf geeft volgens het Besluit begroting en verantwoording een dwarsdoorsnede van de begroting op financiële aspecten. Het gaat dan om de beleidslijnen van beheersmatige aspecten die belangrijk zijn, financieel, politiek of anderszins. De paragrafen zijn onderdeel van zowel de beleidsbegroting als het jaarverslag.

Programma:

Een samenhangende verzameling van producten, activiteiten en geldmiddelen gericht op het bereiken van vooraf bepaalde maatschappelijke effecten, waaraan idealiter indicatoren gekoppeld kunnen worden.

Programmabegroting:

Een programmabegroting is een typering voor de begroting doordat de programma's in de begroting centraal staan. In het Besluit begroting en verantwoording wordt het woord programmabegroting niet gebruikt. Het kenmerk van de begroting volgens de voorschriften is dat de begroting is onderverdeeld in programma's, daarom wordt er ook wel naar verwezen als programmabegroting. De gemeente is vrij in de keuze van de programma's en in het aantal.

Programmaplan:

Een programmaplan behandelt per programma expliciet de maatschappelijke effecten en de wijze waarop er naar gestreefd zal worden die effecten te verwezenlijken. Dit wordt gedaan aan de hand van de volgende drie vragen: Wat willen we? Wat gaan we ervoor doen? Wat gaat het kosten?

Programmaverantwoording:

Onderdeel van het jaarverslag. In de programmaverantwoording wordt per programma expliciet ingegaan op de beoogde maatschappelijke effecten en de wijze waarop getracht is deze effecten te verwezenlijken. De vragen: Wat wilden we? Wat hebben we ervoor gedaan? En Wat heeft het gekost? Zijn de centrale vragen die in dit deel beantwoord worden.

Risicomanagement:

Risicomanagement is het proces van identificeren en analyseren van risico’s en vervolgens het ontwerpen en implementeren van maatregelen om de kans van optreden van de risico’s te verminderen, oftewel om de schade, veroorzaakt door de risico’s, te minimaliseren. Risicomanagement is een in hoge mate gestandaardiseerd proces dat in alle gevallen de stappen inventariseren, analyseren, maatregelen nemen, bewaken kent.

Taakvelden:

Eenheden waarin de programma's of de eenheden in overzichten en bedragen in het programmaplan zijn onderverdeeld.

Taakveldenraming:

De taakveldenraming wordt volgens het Besluit begroting en verantwoording opgebouwd vanuit de programmabegroting en geeft alle gemeentelijke activiteiten weer in termen van taakvelden. De taakveldenraming is het begrotingsdocument van het college en heeft met name een beheersfunctie voor de uitvoering van de begroting.

Taakveldenrealisatie:

Een taakveldenrealisatie is de tegenhanger van de taakveldenraming en wordt na afloop van het begrotingsjaar opgesteld.

Verbonden partij:

Een verbonden partij is een derde rechtspersoon waarbij de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft.

Weerstandscapaciteit:

De weerstandscapaciteit is het geheel van geldmiddelen (zoals de algemene reserve) waaruit tegenvallers eventueel bekostigd kunnen worden, zonder dat de begroting en het beleid (direct) aangepast behoeven te worden.

Incidentele weerstandscapaciteit:

Het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de hoogte van de voorzieningenniveaus van de programma's.

Structurele weerstandscapaciteit:

Hiermee worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de programma 's.

Weerstandsvermogen:

Het vermogen van de gemeente om niet structurele financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde de taken te kunnen voortzetten.

ga terug